Literatuur
- Haslinghuis, E.J. & C.J.A.C. Peeters, De Dom van Utrecht. Deel in de serie 'De Nederlandse Monumenten van Geschiedenis en Kunst', deel 2: de provincie Utrecht, 1e stuk: de gemeente Utrecht, 2e aflevering. 's-Gravenhage (Staatsuitgeverij), 1965. [355 blz. (gepagineerd 145-500). ISBN -]. Hierin: blz. 335 ("Een dubbele wentaltrap tenslotte was tussen de loge en het schip uitgespaard in de zware, met een spitsje bekroonde, steunbeer in de as van de zuidelijke pijlerreeks van het middenschip (...) Op de vernuftige constructie van de gekoppelde 'widelstenen' werpt de tekening uit ca 1730 van Serrurier (afb. 321; Catal. Top. Atlas nr. 638) enig licht. (..) Volgens architect Th. Haakma Wagenaar zou er nog zulk een wenteltrap bestaan hebben op de noordwesthoek van het schip. De trappen zouden verschillende doeleinden gediend hebben en daartoe verdubbeld zijn, zodat vrije kruisingen ontstonden en afzonderlijke opgangen naar de Bisschopsloge (de bisschop kon dus ongestoord van het schip naar zijn kapel gaan en omgekeerd), het dak daarvan, de Egmondkapel en naar het triforium en de kerkdaken. Een dergelijke stenen wenteltrap, waarbij echter op de bordessen tussen beide trappen verbinding bestaat, bevindt zich thans nog in het voormalige Elisabethgasthuis achter Clarenburg te Utrecht").
- Registervermelding MOU: "Bisschopstrap", in: Maandblad Oud-Utrecht, 1953, blz. 4-6.